Alles over Cognitieve dissonantie

Wij mensen voelen een sterke drang om betrouwbaar te zijn, onszelf goed te begrijpen en te waarderen. Dit doen we door zoveel mogelijk consistent en in lijn met onze overtuigingen, normen en waarden te handelen. Deze consistentie zorgt ervoor dat we in harmonie zijn en vrij van interne spanning, en helpt ons onder andere om een positief zelfbeeld te behouden. Een voorbeeld ter illustratie:

Piet heeft de diepe overtuiging dat het beschermen van het milieu door te consuminderen essentieel is voor het behoud van de planeet. Vanuit die overtuiging zet Piet zich actief in om zijn voetafdruk te verkleinen, bijvoorbeeld door een duurzame waterfles te gebruiken en altijd te reizen met de benenwagen, het openbaar vervoer of de fiets.

 

Afwijken van normen en waarden

Door consistent met zijn normen en waarden te handelen, ervaart Piet voldoening en harmonie. Maar dat wat we van binnen heel belangrijk vinden, wordt vaak op de proef gesteld door de buitenwereld en door simpelweg ons leven te leven. In het voorbeeld van Piet:

Op een warme zomerse dag van 30 graden komt Piet erachter dat hij in alle haast naar het station zijn herbruikbare waterfles is vergeten. Hij heeft dorst en ziet een Kiosk in de buurt. Hoewel Piet de sterke overtuiging heeft dat plastic wegwerpflesjes heel slecht zijn voor het milieu, wordt hij door de hitte en zijn dorst in de verleiding gebracht om deze alsnog te kopen…

Deze situatie creëert een intern conflict bij Piet; handelt hij in lijn met zijn overtuiging of koopt hij het flesje? De spanning die dit oplevert noemen we cognitieve dissonantie, op de kaart gezet door Leon Festinger in 1957. Dit gevoel van spanning (dissonantie) willen we vaak zo snel mogelijk verkleinen of oplossen. Dit doen we door onze overtuigingen óf ons gedrag aan te passen.

Van cognitieve dissonantie afkomen

Piet heeft dus te maken met cognitieve dissonantie en om van dit gevoel af te komen heeft hij de volgende opties:

  1. Piet verandert zijn gedrag – hij koopt het flesje niet en blijft consistent aan zijn overtuiging waardoor hij geen dissonantie meer ervaart. Tegelijkertijd zal hij ook het ongemak van dorst blijven ervaren tot hij een fonteintje vindt.
  2. Piet verandert zijn overtuiging – hij koopt het flesje en rechtvaardigt zijn gedrag door te denken ‘ah joh, één waterflesje is zo schadelijk nog niet, vandaag is een uitzondering vanwege de extreme hitte en dorst.’
  3. Piet voegt een nieuwe overtuiging toe – hij koopt het flesje en denkt ‘ik weet wel dat wegwerpflesjes heel slecht zijn, maar, als ik in mijn eentje met de auto was gegaan was dat nog veel schadelijker voor het milieu geweest!’

Optie a is het meest ‘nobel’, maar blijkt in de praktijk vaak het lastigst omdat het om actieve verandering vraagt. Denk maar aan de roker die weet dat roken slecht is voor zijn gezondheid, maar stoppen met roken, dat vraagt veel van diegene, ondanks dat het de meest duurzame en gezonde optie is. Rationaliseren (optie b & c) is dan de weg van de minste weerstand, ook al zorgt het ervoor dat de roker langer het ongezonde gedrag blijft vertonen.

De rationalisaties die Piet bij optie b en c inzet om zijn eigen gedrag te rechtvaardigen, kunnen vliegensvlug en vaak onbewust door het brein worden ingezet als trucjes om de spanning te minderen. Je kunt het zien als een soort beschermingsmechanisme, maar is dit ook de eerlijkste optie naar jezelf toe?

Voorbeelden dissonantie

Hoewel Piet’s voorbeeld eenvoudig lijkt, komt deze staat van dissonantie veel vaker en in verschillende situaties voor. Zo ook binnen de politiek of wanneer je op het punt staat om een belangrijke keuze te maken;

  • Bij extreme overtuigingen zijn we om dissonantie te voorkomen vaak geneigd om alleen de informatie die hiermee in lijn is voor waar aan te nemen, en de informatie die onze overtuiging tegenspreekt in de wind te slaan. Dit wordt ook wel ‘attentional bias’ genoemd. Denk bijvoorbeeld aan de polarisatie die ontstaat vanwege extreem politieke overtuigingen.
  • Ook bij het maken van een belangrijke keuze ervaren we dissonantie. Als je veel aan het wikken en wegen bent en uiteindelijk toch voor optie A gaat in plaats van voor optie B, C of D, dan kom je niet graag terug op je keuze (je zal dus niet snel je gedrag aanpassen). In dat geval gaat ons brein voor ons aan de slag om dissonantie te voorkomen, en vergroot het de voordelen van optie A en de nadelen van optie B, C en D uit.

Het is een ingenieus systeem van ons brein. Maar rationaliseren is niet altijd de beste, of meest duurzame optie voor onze gezondheid of de samenleving op de lange termijn. Als we rationaliseren en ons gedrag goedpraten, vermijden we het nemen van onze verantwoordelijkheid en worden schadelijke gewoonten in stand gehouden. Op een diepere laag kan dit er zelfs toe leiden dat we ons in de kern niet oprecht voelen met gevoelens van schaamte of schuld tot gevolg.

Anders bekeken ontnemen we onszelf door te rationaliseren de kans om te groeien en duurzame gedragsverandering te laten plaatsvinden! Wees bewust van dit systeem. Praat erover wanneer u  spanning ervaart, spreek elkaar erop aan als het u opvalt, wees bereid om uzelf in de spiegel aan te kijken en last but not least, laat nieuwe perspectieven toe!

Wat zijn uw valkuilen?

Meer weten over uw bewuste en onbewuste keuzes, competenties en vaardigheden? Dit komt u te weten met onze ACT-meting. Ga voor meer informatie over deze unieke meting naar onze website en vraag het aan.